Zijn en hebben - Be and have

 0    42 flashcards    Engnl1
download mp3 print play test yourself
 
Question Answer
Ik heb
start learning
I have
I've
Jij hebt/Jullie hebben
start learning
You have
you've
Hij heeft
start learning
He has
he's
Zij heeft
start learning
She has
she's
Het heeft
start learning
It has
it's
Wij hebben
start learning
We have
we've
Zij hebben
start learning
They have
they've
Ik had
start learning
I had
i'd (alleen wanneer "had" een hulpwerkwoord is)
Jij had/Jullie hadden
start learning
You had
you'd (alleen wanneer "had" een hulpwerkwoord is)
Hij had
start learning
He had
he'd (alleen wanneer "had" een hulpwerkwoord is)
Zij had
start learning
She had
she'd (alleen wanneer "had" een hulpwerkwoord is)
Het had
start learning
It had
it'd (alleen wanneer "had" een hulpwerkwoord is)
Wij hadden
start learning
We had
we'd (alleen wanneer "had" een hulpwerkwoord is)
Zij hadden
start learning
They had
they'd (alleen wanneer "had" een hulpwerkwoord is)
Ik zal hebben
start learning
I will have
i'll have
Jij zal hebben/Jullie zullen hebben
start learning
You will have
you'll have
Hij zal hebben
start learning
He will have
he'll have
Zij zal hebben
start learning
She will have
she'll have
Het zal hebben
start learning
It will have
it'll have
Wij zullen hebben
start learning
We will have
we'll have
Zij zullen hebben
start learning
They will have
they'll have
Ik ben
start learning
I am
I'm
Jij bent/Jullie zijn
start learning
You are
you're
Hij is
start learning
He is
he's
Zij is
start learning
She is
she's
Het is
start learning
It is
it's
Wij zijn
start learning
We are
we're
Zij zijn
start learning
They are
they're
Ik was
start learning
I was
Jij was/Jullie waren
start learning
You were
Hij was
start learning
He was
Zij was
start learning
She was
Het was
start learning
It was
Wij waren
start learning
We were
Zij waren
start learning
They were
Ik zal zijn
start learning
I will be
i'll be
Jij zal zijn/Jullie zullen zijn
start learning
You will be
you'll be
Hij zal zijn
start learning
He will be
he'll be
Zij zal zijn
start learning
She will be
she'll be
Het zal zijn
start learning
It will be
it'll be
Wij zullen zijn
start learning
We will be
we'll be
Zij zullen zijn
start learning
They will be
they'll be

You must sign in to write a comment