Portuguese Dutch Dictionary

português - Nederlands, Vlaams

bolsa in Dutch:

1. portemonnee portemonnee


Ik heb mijn geld in een portemonnee gedaan.
Ik heb mijn portemonnee verloren.
Toen ik thuiskwam, merkte ik dat ik mijn portemonnee verloren had.
Geef hem gewoon de portemonnee.
Ik veronderstel dat ik mijn portemonnee in de bus gelaten heb.

2. handtas handtas


Haar handtas is gestolen.
Mary beweerde dat de handtas een geschenk was van haar man.
Ik wil die handtas.
Verlies je handtas niet.