Polish Dutch Dictionary

język polski - Nederlands, Vlaams

wzrost in Dutch:

1. de stijging de stijging



Dutch word "wzrost"(de stijging) occurs in sets:

LES 3: LEZEN 22 A, B, C, D Part 1

2. stijgen stijgen


als the vraag naar producten groot is, de prijs stijgen
De prijs van de aardolie is aan het stijgen.

3. groei groei


Het is prima, lachte Dima. "Ik ben per slot van rekening nog in de groei. Ik groei er wel in."
Bovenop deze groei kwam er een wijziging in de structuur van de wereldeconomie.