French Dutch Dictionary

Français - Nederlands, Vlaams

espérer in Dutch:

1. hopen


We hopen dat je van de voorstelling zult genieten.
hopen iets te doen
We blijven hopen.
Dit is Millers nieuwste boek, en we hopen dat het niet het laatste zal zijn.
Zoals altijd kon ik slechts hopen dat de politie me niet zou aanhouden.
Alle deelnemers hopen dat voor het jaareinde Tatoeba een miljoen zinnen zal tellen.

Dutch word "espérer"(hopen) occurs in sets:

Frans woorden Nederlands-Frans H H1
Frans woordjes E ne-fa
A3FRAH1VOCH NL-FR