English Dutch Dictionary

English - Nederlands, Vlaams

return in Dutch:

1. terugkeer terugkeer


Na je terugkeer in je vaderland zou je best een oogarts raadplegen.
Na je terugkeer in je vaderland zou je best een vrouwenarts raadplegen.
Na je terugkeer in je vaderland zou je best een chirurg raadplegen.
Na je terugkeer in je vaderland zou je best een internist raadplegen.

Dutch word "return"(terugkeer) occurs in sets:

slowka eelleleelele