Greek Dutch Dictionary

ελληνικά - Nederlands, Vlaams

κασκόλ in Dutch:

1. sjaal sjaal


Voor Dan heb ik een stropdas gekocht, voor Elena koop ik een sjaal.
Op het labeltje aan mijn sjaal staat: "Binnenstebuiten wassen en strijken." Ik vraag me af hoe ik dat moet doen.